De steen blijft niet liggen voor het graf 11 december 2020


"We maken een nieuwe ingangsdeur tot het geloof. Een hoeksteen van vroeger die in de weg staat, halen we eruit, we geven die een nieuwe plaats en gaan verder", duidt Johnny De Mot zijn dynamisch geloof.

Johnny De Mot is pastoor in hartje Brussel. Hij rijmt een monastieke ziel met rebelse handen en voeten. Al decennia ontfermt hij zich over mannelijke prostituees, vluchtelingen, armen en geestelijk kwetsbaren. "Wij zijn opgestaan, de steen is niet voor het graf blijven liggen", duidt hij zijn roeping en die van zijn medestanders.

Voor Johnny De Mot zijn de rebelse en de goddelijke Jezus één. In Zijn menselijkheid is het "in-God-zijn" van Jezus overduidelijk, vindt hij. "Jezus trekt mee met de rebelse gemeenschap die vertrekt, die vaak denkt 'we zijn aangekomen', maar die toch vervalt in macht, navelstaarderij of gesloten theologie. Een van de strafste Bijbelverhalen gaat over Jezus die ook niet af is: een Syro-Fenicische vrouw smeekt Hem de demon uit haar dochter te verdrijven, maar Jezus zegt dat Hij is gekomen voor het ware Israël, niet voor de honden (Marcus 7, 24-30). Maar dan bekeert de hardvochtige, wetgetrouwe Jezus zich en rebelleert tegen zichzelf. Jezus is een profeet die niet vreemd is aan het leven en de tekenen van de tijd ziet. In Zijn volle mens-zijn zit Zijn goddelijkheid. Naar dat beeld zijn wij geschapen; onze diepste kern is goddelijk."

Nieuwe hoeksteen
"Die God is kwetsbaar, een pasgeboren wegwerpkind. Niet almachtig, wel zeer krachtig. En enorm vredevol. Dat is voor mij een opdracht. Jezus slaagt erin in al zijn woede nog te zeggen: 'Soms moet je je tweede kaak aanbieden en tijd geven aan de eeuwigheid'. Mijn inwendige agressie neemt al snel de bovenhand. Maar geweld roept alleen geweld op, het haalt niets uit." De Mot wil dan ook duidelijk zijn: "Rebel zijn betekent niet dingen stuk maken. Als we dingen veranderen - in de liturgie of onze wijze van samenleven - dan is dat om iets nieuws op te bouwen. We maken een nieuwe ingangsdeur tot het geloof, tot solidariteit. Een hoeksteen van vroeger die in de weg staat, halen we eruit, we geven die een nieuwe plaats en gaan verder. De historische Jezus moet ik in zijn tijd laten, 2000 jaar geleden, maar Hij blijft mijn voorganger in alles wat we vandaag meemaken: Covid, neokolonialisme... Door de heilige Geest die in mensen doorleeft, delen we in Jezus' rijkdom en strijd. Ik heb de rebelse Jezus bezig gezien in mensen rondom mij, kwaad en ontdaan door onrecht: vrienden die samenleven met mensen zonder papieren, een verblijf voor personen uit de rafelrand van de maatschappij verzekeren, zich vreedzaam verzetten tegen een burgemeester die 'ces gens-là' niet op zijn grondgebied wil. Over onze exclusieve maatschappij ben ik diep beschaamd. Die schaamte ligt als een vliesje over mijn colère, de rebelse Jezus in mij. In de Brusselse Finisterrae-kerk staat een groot zilveren en verguld kruis. Dat klopt niet, dat is wegmoffelen. Het kwetsbare, het gruwelijke wat mensen elkaar aandoen, overgiet je niet met goud. De rauwheid van het kruis moet blijven. Net zoals beelden van verdrinkende vluchtelingen mij de blik doen afwenden omdat ik het niet aankan".

Nooit opgeven
Christelijke rebellie is meer dan caritas, vindt De Mot. "Het moet het heilige in de mens en in de gemeenschap naar boven brengen. Dat kan ook in politiek engagement. De vlucht van Jozef en Maria naar Egypte hebben we eeuwenlang met suiker overgoten, maar als een Soedanees in mijn auto stapt om naar Brussel te komen -'want hier val ik niet op'-, dan denk ik: dit is het verhaal van Jozef en Maria. Dat moeten we politiek vertalen, maar niet in links of rechts; een christen kan alleen sociaal en solidair zijn. Christelijk politiek engagement plaatst de kwetsbaren voorop en gaat telkens opnieuw op zoek naar hen, want ze veranderen met de tijd. Durf je eraan te verbranden! 'Wir schaffen das', dat te durven en te willen zeggen... Ik geloof dat het een Bijbelse boodschap is; dat heeft Angela Merkel niet uit zichzelf gezegd. Ook paus Franciscus stelt zich constant kwetsbaar en solidair op. Als vertegenwoordiger van de profetische Jezus is hij voor mij een inspiratiebron. Wanneer hij homo's een duurzaam samenlevingscontract gunt, wil ik nog verder gaan, maar besef ik tegelijk dat de geleidelijkheid haar wetten heeft. Een christen mag nooit opgeven. Dat is ook de les van het kruis. Wat oorspronkelijk een complete afgang was, wordt uiteindelijk een bron van hoop, leven en blijvende inzet. Onrecht niet het laatste woord geven, opstaan en de steen niet voor het graf laten liggen, dat is rebellie", besluit de pastoor.

Bron: Tertio, 2 december 2020