Homilie eerste zondag van de Veertigdagentijd 27 februari 2021

Twee zondagen terug. Sint Pietersplein in Rome. Er waren al wat meer mensen toegelaten voor de toespraak van de paus om 12 uur. De paus bidt dan het Angelus en houdt een korte uiteenzetting. Zo was het ook twee weken terug. Toen hij zijn toespraak beëindigd had, wou hij nog iets zeggen. Dat deed hij dan ook. Hij zei: 'Ik wil jullie iets zeggen over God. Onze God heeft drie eigenschappen: hij is nabijheid, hij is medelijden, hij is tederheid.' Toen vroeg hij aan de mensen om die drie woorden, samen met hem, hardop te zeggen. Dat doet hij nog wel eens en dat is de onderwijzer in hem. En de mensen, op het Sint Pietersplein zegden met de paus hardop de drie eigenschappen van God: Hij is nabijheid,hij is medelijden, hij is tederheid.

Hoe meer je die drie eigenschappen van God overweegt, hoe meer het tot je doordringt hoe waar ze zijn. Het zijn de woorden die in ons leven betekenis hebben. Het worden woorden waardoor we iets over God kunnen zeggen.

Met die drie woorden mogen we ook iets verstaan van de wijze waarop onze Heer Jezus God ervaren heeft. Kijk naar het evangelie van vandaag. Hoe heeft Jezus in de woestijn God ervaren? Van daaruit zal Jezus naar de mensen gaan. Vanuit die woestijnervaringen zal Jezus zijn lijden kunnen opnemen. De drie woorden van de paus beschrijven op een volledige wijze hoe Jezus in de woestijn God heeft ervaren.

- Het is de Geest die Jezus naar de woestijn brengt. Veertig dagen lang weet hij zich gezonden en gedragen door de Geest. Zo ervaart hij de nabijheid van God.

God is ons nabij in onze roeping, in onze zending, in onze taak, in alles wat we mogen doen. Jezus leefde vanuit dat diepe bewustzijn van Gods nabijheid. We worden door de Geest van God geleid en die blijft bij ons.

- In de woestijn maakt Jezus van alles mee. Wat zeker in zijn kluisperiode op het voorplan komt, zijn de bekoringen De beproevingen doen hem naar alle kanten balanceren. Dat is niet gemakkelijk. Marcus zegt: Jezus wordt door de Satan nogal op de proef gesteld. Het was precies alsof hij tussen de wilde dieren leefde. Dat kan tellen. Zoals de drie jongelingen in de leeuwenkuil.

Jezus kon staande blijven vanuit de ervaring hoe God met hem was. Jezus ervaarde hoe God mee was in al die belevingen. God was er toen hij door allerlei moeilijkheden beproefd werd. Hij mocht ervaren hoe God met hem meelijdend was: meelijdend, meedragend, meevoelend bij alles wat hem overkwam. God kent ons helemaal en weet wat wij moeten meemaken. Als wij lijden, lijdt hij met ons mee. Geloven wij dat?

- Dan mogen wij de tederheid van onze God ervaren. Wat een geschenk. De momenten van tedere ervaring zijn de mooiste ervaringen van ons leven. Meestal zijn ze onuitspreekbaar Hoe moeten we ze verwoorden? De evangelist kent daarvoor een mooie uitdrukking: engelen zorgden voor Jezus! Dat ervaarden ook de jongelingen in de kuil. Engelen zorgen voor ons. Is dat geen schitterende verwoording van de beleving van echte tederheid? Die tederheid komt van God.

Ik wens jullie die drievoudige Godservaring. Geleid door de Geest en samen met Jezus mogen we Gods nabijheid, medelijden en tederheid meenemen.

Frans Van Steenbergen